Halve finale

We starten vandaag met nog amper vier bakkers in de tent. Het geeft toch een beetje een lege indruk. De sfeer onder ons vier zit er wel nog altijd goed in. Iedereen beseft wel het belang van deze aflevering. De technische proef winnen, bakker van de week worden… Slechts één ding is belangrijk, de finale halen.

De eerste opdracht lijkt een makkie: maak een trifle. Eerste vraag natuurlijk, wat is een trifle? En hoe spreek je dit uit? Volgens Wikipedia is het een typisch Engels dessert bestaande uit een laagje cakestukjes, wat alcohol, vers fruit en een laag custard, opgediend in een glas. Eerste probleem, waar kan ik een echt trifle glas vinden? In een groothandel bij mij in de buurt hoorden ze het donderen in Londen. Gelukkig was er Anne Mie die me kon helpen. Voor mijn trifle vertrok ik van zomerse Italiaanse smaken. Cantucinikoekjes besprenkelend met limoncello, citroencake en mascarponemousse. Als fruit nam ik aardbeien, frambozen en blauwe bessen. En natuurlijk een authentieke Engelse lemon curd.

Ik bouwde mijn laagjes voorzichtig op. Zorgde voor afwisseling in smaken en kleuren. Apart zijn het allemaal lekkere dingen maar het geheel moet ook nog lekker zijn. De smaken moeten in evenwicht zijn, dat heb ik al meerdere malen gehoord van Herman en Regula.

Deze keer wou ik ook eens extra mijn best doen voor de afwerking. Ik bootste met braambessen, frambozen en dotjes slagroom de Engelse vlag na. Laat de jury maar komen!

In de eerste blik van Regula op mijn werkstuk zag ik haar oogjes al fonkelen. Het juiste glas, mooi gedefinieerde lagen én… de Engelse vlag. Onze jury ‘boorde’ dan hun lepel in mijn glas om zo alle smaken mee te krijgen. Het bleef even stil. Ondertussen weet ik al dat stilte meestal de aanloop is tot een compliment. Ook nu was de jury onder de indruk van het uitzicht én de smaak. En dan kwam voor mij een tweede hoogtepunt uit mijn Bake Off verhaal: Regula wenste me proficiat. Ik kreeg er zelfs een handshake bovenop. Ikzelf kreeg een smile van Schoten tot in Londen. Yes!!!!

De technische proef bleek een “ile flotante” te zijn. Mij niet echt onbekend, staat al lang op mijn bucket list om eens te maken. Het is een drijvend eilandje van eiwitschuim op een crème anglaise. Het eiwitschuim moet je koken in vanillemelk.

Probleem één: mijn eiwitbolletje viel steeds in mekaar. Te lang of te kort gekookt? Te weinig suiker gebruikt bleek dan achteraf. Ik had zoals het hoort, mijn suiker in drie kommetjes apart gezet. Je mag er niet alles in één keer onder kloppen om er een stevig schuim van te maken. En blijkbaar had ik (afgeleid door de Wim en de camera’s) vergeten van het derde potje er onder te kloppen. Daardoor was het te weinig stevig.

Probleem twee: ik dacht dat crème anglaise lopend moest zijn, een soort saus. Mis dus. Het moet ergens tussen saus en pudding zijn.

Resultaat van deze proef, laatste plaats. Daarnet had ik nog zo bejubeld, nu terug naar af…

De derde proef zou dus beslissend zijn. Een “croque-em-bouche”. Een typisch dessert voor op buffetten. Dit zijn kleine gevulde soesjes die worden gestapeld tot een kegelvorm. Bijkomende eis was dat het geheel op zichzelf moest staan, zonder hulpmiddelen en minimum 40cm hoog.

Ik koos voor drie vullingen. Telkens een crème patissière op smaak gebracht met respectievelijk earl grey thee, munt en witte chocolade. Beetje risicovol, vooral met de theesmaak. Hoe lang moet je die laten trekken?

De soesjes lukten aardig, de vulling was nu wel volledig afgekoeld. De smaak ervan zat goed.

Ik had goed geluisterd naar de aankondiging van Wim. Vooral omdat hij nogal de nadruk legde op “croque”, vrij vertaald “krak”. Daarom heb ik op het laatst nog mijn plan aangepast. In plaats van de soesjes af te werken met een gekleurde ganache volgens hun smaak zou ik ze afwerken met karamel. Die zou wél kraken in de mond. Een goede gok achteraf bekeken.

Werken met karamel is niet eenvoudig. Karamel is gloeiend heet. Anderzijds koelt hij snel af en moet dus regelmatig bijgewarmd worden met dan weer kans dat hij gaat verbranden. En van verbranden gesproken: mijn vingers hebben het ook geweten. De “medic” heeft op het einde van de proef meer dan zijn handen vol gehad om onze brandwonden te ‘blussen’.

De opbouw van mijn toren lukte tamelijk goed. Ik had wel de hoogte wat verkeerdelijk ingeschat. Ik was een beetje te vroeg gaan versmallen. Ik had het gelukkig tijdig gezien.

Omdat ik goed was opgeschoten had ik voldoende tijd over voor de afwerking. Veel gesponnen karameldraden en eetbare bloemen. Ik was tevreden met het resultaat. De jury blijkbaar ook. Enkel de soesjes met vulling van witte chocolade vonden ze wat minder.

Alexander had een toren gemaakt van reuze soezen, Valerie brak het hoogterecord binnen Bake Off. Hannelore had zich ergens wat misrekend in het aantal soesjes. Het werd een toren zonder top. Ook had ze wat te weinig vulling waardoor een paar soesjes niet werden opgevuld. En welke pikt de jury er dan natuurlijk juist uit….

Valerie werd, voor de tweede keer, bakker van de week. Ze glunderde terecht van kop tot teen. Pech voor Hannelore, haar kegel zonder top werd haar zwaar aangerekend.

Toen waren ze nog met drie. En straffer nog, ik ben er ook nog bij.

Wat overkomt me nu toch allemaal?

Ik ben al heel blij dat ik zover ben geraakt.

DE FINALE!!! Prik alvast woe. 18/10 in uw agenda.

Jij kijkt toch ook?

Hans